Goed om weten

Wanneer gras zaaien?

Wanneer kan je nu het best gras zaaien? Tijdens het jaar zijn er 2 geschikte periodes om dit te doen:

  • In het voorjaar: april - mei
  • In het najaar: augustus – september – oktober

In deze periodes is de bodem nog warm en vochtig, dit zorgt voor een betere kieming van het graszaad.

Gras zaaien in de herstperiode heeft als voordeel dat het onkruid dan weinig actief is. In de lente kan het gras dan weer genieten van veel zon en licht waardoor je sneller resultaat zal hebben, het nadeel is wel dat het onkruid dan in volle ontwikkeling is.

Wanneer een langere droge periode voorspeld wordt, is het beter even te wachten met zaaien, tenzij je heel goed gaat sproeien. Zaaien doe je het best ook in een windstille periode. Door de wind kunnen de zaadjes weggeblazen worden waardoor er gras gaat groeien op plaatsen waar het niet moet, of de zaden kunnen bij elkaar geblazen worden waardoor er plaatsen zullen ontstaan met veel gras en plaatsen met kale plekken.

 

Hoe zaaien?

1. Voorbereiden

Verwijder de begroeiing volledig of gebruik herbiciden om deze dood te sproeien. De herbiciden hebben gemiddeld 2-3 weken tijd nodig om hun werk te doen naargelang de temperatuur.

2. Spitten

Spit de grond best tot ongeveer een diepte van 30 cm om. Verwijder onzuiverheden zoals stenen, wortels, onkruid,... Het is belangrijk dat er geen plantjes of kiemen overblijven, deze kunnen dan eventueel tot onkruid of mossen uitgroeien. Storende lagen in de bodem diepspitten of diepwoelen. Een goede water- en luchthuishouding is zeer belangrijk om latere ziekten en plagen te voorkomen en een duurzame gezonde grasmat te bekomen.

3. Bodemverbetering

Zeker in de minder humusrijke zand- en zandleemgronden is het erg belangrijk de humusvoorraad op peil te brengen door voldoende organische stof in te werken. Dit kan met bulkmateriaal of opgezakte gekorrelde bodemverbeteraars. Groencompost, champignonmest, mengeling van champignonmest met compost, turf of zakgoed Copron, Fumigerm, Karisol, gedroogde koemest. Ook een combinatie van bulk en zakgoed wordt toegepast. Na aanbrengen zo diep mogelijk inwerken met een spitriek, frees of spitmachine. Indien nodig ook bekalken en kalk mee infrezen. 
Bij droge gronden kan je bentoniet toevoegen om het waterhoudend vermogen en de vruchtbaarheid te verhogen. Ook waterkristallen kunnen op droge gronden gebruikt worden om mee in te werken.
Zware, natte gronden kunnen lichter gemaakt worden door rijnzand of lavazand in te werken en hebben meer behoefte aan bekalking.

4. Egaliseren

De bewerkte grond wordt genivelleerd en geëgaliseerd met een grove hark of balk met touw. Bij grotere oppervlaktes kan de rotoreg gebruikt worden. Na het egaliseren kan een aangepaste gazonmeststof worden toegediend. Hierna kan eventueel de grond nog eens extra woden aangedrukt met een gazonrol.

5. Inzaaien

... Doe dit niet op een dag als het waait.
Strooi het graszaad uit, doe dit zo gelijkmatig mogelijk: één keer in de lengte, één keer in de breedte van het gazon. Dit kunt u met de hand doen of u gebruikt hiervoor een stooier.(Is de grond erg droog? Maak hem dan wat vochtig met een sproeier.) Hark daarna het graszaad lichtjes in (ongeveer 1,5 cm diep) en rol/stamp daarna de grond goed aan zodat de zaadjes in contact komen met de grond. De grond mag zeker niet uitdrogen. In periodes zonder regen, moet je zelf bijregenen tot de mat voldoende sterk is of tot het terug gaat regenen.

6. Maaien

Maai de eerste keer als het gras 8 à 10 cm hoog is. Stel de messen in op +/- 5 cm. 

 

Tips

  • Maaien: Je kan de eerste keer je gazon maaien wanneer deze ongeveer 10 cm is. Maai zeker niet te kort, 5 cm is ideaal.
  • Verticuteren: Het is aan te raden 2 x per jaar (april + september/oktober) je gazon te verticuteren, zo worden dood gras en mos verwijderd. Dit zorgt dat het gras beter verlucht wordt en dat voedingsstoffen goed in de bodem kunnen doordringen.
  • Sproeien: In droge periodes is het aangewezen je gazon te sproeien. Doe dit bij voorkeur 's ochtens vroeg of 's avonds laat, zeker niet in volle zon.
  • Vogels: Vogels zijn dol op graszaad. Zet daarom het ingezaaide gebied af met linten. Dit zal vogels wat afschrikken.